18-jarige Leidenaar veroordeeld voor doodsbedreigingen tegen Timmermans en Van Baarle

Een 18-jarige jongen uit Leiden is op maandag 27 oktober 2025 veroordeeld tot vijf dagen cel en dertig uur taakstraf voor het versturen van doodsbedreigingen via Instagram naar Frans Timmermans, lijsttrekker van GroenLinks-PvdA, en Stephan van Baarle, leider van DENK. De zaak, behandeld door de snelrechter in Den Haag, komt op een moment dat bedreigingen tegen politici op een hoogtepunt staan — en terwijl de veroordeelde zelf woensdag 29 oktober 2025 voor het eerst mag stemmen bij de Tweede Kamerverkiezingen.

Bedreigingen via Instagram: ‘Ik wil je in een bus trekken’

De verdachte, identificeerd als Wesley van K., stuurde twee berichten op woensdag 22 oktober 2025. Aan Van Baarle schreef hij: ‘Ik wil je in een bus trekken, opensnijden en ophangen.’ Aan Timmermans stuurde hij een bericht waarin stond: ‘Beveiliging kan je niet beschermen.’ Bovendien noemde hij Van Baarle een ‘kankermoslim’ — een term die niet alleen haatzaaiend is, maar ook duidelijk gericht op zijn etnische achtergrond. De politie, via het Team Bedreigde Politici in Den Haag, kon de berichten terugvoeren naar zijn telefoon na een melding van het kantoor van Van Baarle. Op zijn apparaat vond men ook een eerder bericht van 24 september 2025, waarin hij een andere politieke lijsttrekker bedreigde met de woorden: ‘Ik maak je dood.’

De rechtbank: ernstig, maar met twijfels over het onderzoek

De officier van justitie had een maand cel gevorderd — een straf die in lijn zou zijn met eerdere uitspraken bij vergelijkbare gevallen. Maar de rechter koos voor een lichtere straf. Waarom? Twee redenen. Ten eerste: Wesley van K. zat al sinds donderdag 23 oktober in voorarrest. Dat betekent dat de vijf dagen cel al zijn geboekte. Ten tweede: de politie had bij het onderzoek naar zijn telefoon niet volledig de juridische procedures gevolgd. Zijn advocaat beweerde dat het bericht aan Timmermans ‘onrechtmatig verkregen’ was — een argument dat de rechter niet volledig aanvaardde, maar wel als afzwakking meewoog.

Wesley ontkende tijdens de zitting dat hij het bericht aan Van Baarle had verstuurd. Hij beweerde dat een vriend zijn telefoon had gebruikt — maar weigerde de naam van die vriend te noemen. Over het bericht aan Timmermans zei hij niets. De rechter noemde de bedreigingen ‘zeer ernstig’, ondanks de technische fouten en de jonge leeftijd van de verdachte. Hij wees er ook op dat Wesley al eerder dit jaar, in maart, was veroordeeld tot honderd uur taakstraf voor zware mishandeling en openbare geweldpleging. ‘Dit is geen eerste keer,’ zei de rechter. ‘Je hebt al een patroon.’

De stemrecht paradox: een dodelijke bedreiging — en dan mag je stemmen

Het meest opvallende aspect van de uitspraak? De rechter sloot de zitting af met de mededeling dat Wesley van K. woensdag 29 oktober 2025 voor het eerst mag stemmen. Dat is geen genade, maar een juridische realiteit. In Nederland wordt het stemrecht automatisch toegekend op 18-jarige leeftijd — ongeacht straffen of veroordelingen, tenzij je in een psychiatrische inrichting zit of je stemrecht is formeel ontnomen (wat hier niet het geval is). De rechter noemde het ‘een ironisch, maar onvermijdelijk gevolg van de wet.’

Maar het maakt het geval nog pijnlijker. Hier zit een jongeman die drie keer heeft bedreigd om politici te vermoorden — en nu mag hij meepraten over wie de toekomst van het land bepaalt. ‘Het is een paradoxe,’ zegt politieke wetenschapper Dr. Liesbeth van Dijk van de Universiteit Leiden. ‘Je kunt geen stemrecht intrekken omdat iemand bedreigend gedrag toont. Dat zou de democratie ondermijnen. Maar het roept de vraag op: hoe verhouden we straf en burgerschap?’

Een groeiende trend: bedreigingen tegen politici op stijgende lijn

Wesley van K. is geen uitzondering. Volgens Metronieuws werden er in 2024 in totaal 363 meldingen van bedreigingen tegen politici gedaan bij het Team Bedreigde Politici. In 235 gevallen oordeelde het Openbaar Ministerie dat het om strafbare bedreigingen ging — een stijging van 28% ten opzichte van 2022. Eerder deze week, op dinsdag 25 oktober, werd een 25-jarige man uit Alphen aan den Rijn aangehouden voor het bedreigen van onder andere Geert Wilders. De bedreigingen komen vaak via sociale media — Instagram, Twitter, Telegram — en zijn vaak geïnspireerd door online radicalisering, verhalen over ‘politieke vijanden’ en een toenemende vertrouwenscrisis in de democratie.

Wat komt er nu?

Wesley van K. moet de dertig uur taakstraf uittellen — waarschijnlijk in een lokale gemeentelijke dienst. Zijn vmbo-opleiding loopt nog. De school weigert commentaar, maar volgens bronnen bij de school is hij momenteel in een ondersteunend traject. De politie blijft hem in de gaten houden, vooral nu de verkiezingen naderen. Het Team Bedreigde Politici heeft aangekondigd dat het in de komende maanden extra middelen krijgt om online bedreigingen sneller te traceren — met behulp van AI-tools die taalpatronen herkennen.

De diepere kwestie: wanneer wordt haat een strafbaar feit?

Wat dit geval echt laat zien, is hoe moeilijk het is om haat te straffen zonder de vrijheid van meningsuiting te schenden. De wet in Nederland is duidelijk: bedreigingen van lichamelijke schade zijn strafbaar. Maar wat als je een bericht stuurt met ‘ik wil je ophangen’ — en dan zegt: ‘Het was een grap.’ Of: ‘Mijn vriend had mijn telefoon.’ De rechter gaf hier geen genade — hij gaf een waarschuwing. En dat is misschien het belangrijkste. De straf is klein. Maar de boodschap is groot: als je politici bedreigt, dan ben je geen ‘onnozele tiener’. Je bent iemand die de democratie ondermijnt. En die wordt opgevolgd.